Als je vroegere huurder zijn domicilie niet wijzigt kan je nieuwe huurder problemen krijgen. Je kan deze problemen vrij eenvoudig oplossen.
WIJZIGEN MOET
Als je vroegere huurder verhuist moet hij zijn domicilie wijzigen. Er zijn echter wel eens huurders die dat niet doen. Op die manier hopen ze bv. te ontsnappen aan hun schuldeisers. Ze verdwijnen dan als het ware met de noorderzon.
Voor je nieuwe huurder kan dat problemen geven. Zo kunnen er bv. nog deurwaarders komen aanbellen die komen voor … de vroegere huurder. In het slechtste geval zou zo’n deurwaarder zelfs kunnen binnenkomen in de woonst, een ander slot steken en beslag leggen op de goederen van je nieuwe huurder.
Vraag de schrapping
Stel je vast dat je vroegere huurder zijn domicilie niet wijzigde verwittig dan de gemeente. Je kan vragen dat die overgaat tot een ambtelijke schrapping. De buurtagent zal komen vast¬stellen dat het pand verlaten is of dat er een nieuwe huurder woont. De beslissing van schrapping wordt genomen door het schepencollege. Ook je nieuwe huurder kan zo’n procedure in gang zetten.
En intussen?
De procedure tot ambtelijke schrapping kan een tijdje duren. Intussen kan de nieuwe huurder aan de voordeur van de woning een briefje hangen waarop staat dat de vorige huurder niet meer op het adres woont. Een deurwaarder die dit briefje ziet zal minder snel geneigd zijn in de woning binnen te gaan.
Komt er post van een deurwaarder die bestemd is voor de vorige bewoner, verwittig dan het deurwaarderskantoor dat die er niet meer woont.